Terwijl in China de eerste coronabesmetting rond de jaarwisseling van 2019 op 2020 wordt gerapporteerd, wordt in Nederland op 27 februari 2020 de eerste besmetting vastgesteld. In eerste instantie wordt gedacht dat de gevolgen van de uitbraak van het coronavirus beperkt zullen zijn. Half maart maakt de regering echter bekend grote maatregelen te moeten nemen: scholen en horecazaken worden gesloten, en mensen worden gevraagd zoveel mogelijk thuis te werken. Al snel wordt duidelijk dat de uitbraak van het virus grote maatschappelijke en financiële gevolgen zal hebben en dit geldt ook voor de begroting van de gemeente Deventer.
Extra kosten zullen gemoeid zijn met het overeind houden van het maatschappelijk middenveld (cultuur en sport) en het toenemend beroep op bijstand, bijzondere bijstand en schuldhulp. Op veel andere gebieden van het sociaal domein zullen we de gevolgen van het coronavirus gaan zien.
Behalve een toename van de kosten, hebben gemeenten ook last van inkomstenderving als gevolg van de corona-crisis. Daarbij moet worden gedacht aan de compensatie voor het betrachten van coulance rond lokale heffingen en derving van inkomsten uit bijvoorbeeld parkeer- en toeristenbelasting, leges burgerzaken, kermisgelden en onroerendezaakbelasting voor niet-woningen. Dit laatste in verband met bedrijven die in nood komen. Het zal ook betekenen dat de voorziening dubieuze debiteuren moet worden verhoogd.
Realiteit is dat de ontwikkeling van het coronavirus en de inhoud van de rijksmaatregelen onzeker zijn. Op een aantal terreinen kunnen we nu al een prognose maken van de financiële nadelen die optreden. Ook zijn er gevolgen voor de uitvoering van diverse prestaties. Op veel andere terreinen kunnen we alleen maar aangeven dat er risico’s zijn zowel voor 2020 als voor 2021 en later.
De financiële positie van gemeenten staat flink onder druk en de coronacrisis verslechtert deze positie verder door hogere kosten en derving van inkomsten. Het maken van goede afspraken met het kabinet om de financiën van gemeenten te verbeteren heeft de absolute prioriteit van het VNG-bestuur.
In de meicirculaire 2020 over het gemeentefonds werd al aangekondigd dat er in juni een brief zou komen over het eerste compensatiepakket aan gemeenten voor de coronacrisis. Inmiddels is er duidelijkheid over de verdeling van het eerste compensatiepakket van het Rijk en is deze opgenomen in de 2e kwartaalrapportage. Het kabinet biedt perspectief als vervolg op het eerste compensatiepakket voor gemeenten. Momenteel vindt nadere uitwerking plaats. Het financiële effect zal worden betrokken bij de 3e kwartaalrapportage 2020.
Indien de compensaties van het Rijk niet voldoende zijn voor het dekken van de gemeentelijke uitgaven inzake het coronavirus dan zijn er binnen de gemeentelijke begroting 2020 en verder de volgende dekkingsmiddelen beschikbaar:

  • uitkomst begroting 2021-2024;
  • onvoorzien;
  • stelpost autonome ontwikkelingen;
  • generieke weerstandsreserve;
  • technische reserves waarvoor bij aanwending structurele inkomsten wegvallen.

(bedragen x €1.000) (-/- = nadeel)

Nr.

Omschrijving

Programma

2020

1

Extra apparaatskosten

Diverse

-402

2

Extra inzet handhaving

Openbare orde en veiligheid

-45

3

Hogere kosten openbare orde en veiligheid

Openbare orde en veiligheid

-35

4

Coronamaatregelen binnenstad

Leefomgeving

-150

5

Parkeerinkomsten

Leefomgeving

-200

6

Kosten Participatie WSW *

Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt

-815

7

Inhaalzorg WMO *

Meedoen

-78

8

Maatschappelijke opvang en OGGz *

Meedoen

-872

9

Inhaalzorg en meerkosten Jeugdzorg *

Jeugd en onderwijs

-248

10

Noodopvang / voorziening peuters *

Jeugd en onderwijs

-48

11

Cofinanciering maatregelen OCW

Economie en internationaal beleid

-15

12a

Rijksbijdrage 1e compensatiepakket corona

Algemene dekkingsmiddelen

3.074

12b

Stallen rijksbijdrage 1e compensatiepakket corona

Algemene dekkingsmiddelen

-1.013

Saldo

-847

*) Deze financiële ontwikkelingen maken 1 op 1 onderdeel uit van het 1e compensatiepakket corona aan gemeenten voor de coronacrisis. Het restant (€1.013.000) zal worden gestald en blijft daarmee gereserveerd voor nadelen als gevolg van de coronacrisis.